7 juni 2020

NGB artikel 8

Artikel 8: Dat God enig is in Wezen en toch in drie Personen onderscheiden
Volgens deze waarheid en dit Woord van God geloven wij in een enige God, Die een enig Wezen is, in
Wie zijn drie Personen, in de daad en waarheid en van eeuwigheid onderscheiden naar Hun
onmededeelbare eigenschappen; namelijk de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

De Vader is de Oorzaak, Oorsprong en het Begin van alle dingen, zowel zichtbare als onzichtbare.

De Zoon is het Woord, de Wijsheid en het Beeld van de Vader.

De Heilige Geest, de eeuwige Kracht en Mogendheid, uitgaande van de Vader en de Zoon. Zo nochtans
dat dit onderscheid niet maakt dat God in drieën gedeeld is; aangezien de Heilige Schrift ons leert dat de
Vader, en de Zoon, en de Heilige Geest, Elk Zijn zelfstandigheid heeft, onderscheiden door haar
eigenschappen; maar zo dat deze drie Personen maar een enig God zijn. Zo is het dan openbaar dat de
Vader niet is de Zoon, en dat de Zoon niet is de Vader, dat ook insgelijks de Heilige Geest niet is de
Vader, noch de Zoon.
Intussen, deze Personen, zó onderscheiden, zijn niet gedeeld, noch ook ondereen vermengd. Want de
Vader heeft het vlees niet aangenomen, noch ook de Heilige Geest, maar alleen de Zoon. De Vader is
nooit zonder Zijn Zoon, noch zonder Zijn Heilige Geest geweest; want zij zijn alle drie van gelijke
eeuwigheid in één zelfde Wezen. Daar is noch eerste, noch laatste; want Zij zijn alle drie één in waarheid, in mogendheid, in goedheid en barmhartigheid.