37. En op den laatsten dag, zijnde de grote dag van het feest, stond Jezus en riep, zeggende: Zo iemand dorst, die kome tot Mij en drinke. 38. Die in…
50. En Hij leidde hen buiten tot aan Bethanië, en Zijn handen opheffende, zegende Hij hen. 51. En het geschiedde als Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde, en…
1. De hoofdsom nu der dingen waarvan wij spreken, is, dat wij hebben zodanigen Hogepriester, Die gezeten is aan de rechterhand van den troon der Majesteit in de hemelen, 2.…
22. Jozef dan woonde in Egypte, hij en het huis zijns vaders; en Jozef leefde honderd en tien jaar. 23. En Jozef zag van Efraïm kinderen van het derde gelid;…
17. Hij zeide tot hem ten derden male: Simon, Jona’s zoon, hebt gij Mij lief? Petrus werd bedroefd, omdat Hij ten derden male tot hem zeide: Hebt gij Mij lief?…
1. Voorts, broeders, ik maak u bekend het Evangelie, dat ik u verkondigd heb, hetwelk gij ook aangenomen hebt, in hetwelk gij ook staat, 2. Door hetwelk gij ook zalig…
3. Aan welke Hij ook, nadat Hij geleden had, Zichzelven levend vertoond heeft, met vele gewisse kentekenen, veertig dagen lang, zijnde van hen gezien, en sprekende van de dingen die…