24 juni 2018

HC Zondag 34 vr. en antw. 94

Vraag 94

Wat gebiedt God in het eerste gebod?

Antwoord 94

Dat ik, zo lief als mij mijner ziele zaligheid is, alle afgoderij, toverij, waarzegging, superstitie of bijgeloof, aanroeping van de heiligen of van andere schepselen, mijde en vliede, en den enigen waren Godrecht lere kennen, Hem alleen vertrouwe, in alle ootmoedigheid en lijdzaamheid mij Hem alleen alles goeds verwachte, Hem van ganser harte liefhebbe, vreze en ere, alzo, dat ik eer van alle schepselen afga en die varen late, dan dat ik in het allerminste tegen zijn wil doe.